33. De geschiedenis van Getallensymboliek

De getallensymboliek, het toekennen van symbolische waarde aan een getal, is al zeer oud. Bij vele volkeren over de gehele wereld treft men vormen van getallensymboliek aan. Om diepere achtergronden der dingen op symbolische wijze aan te duiden. Een dergelijk symbool evenwel is een aanduiding van iets dat niet op Rationele wijze onder woorden gebracht kan worden en dat daarom alleen op de een of andere manier aangeduid kan worden. Zulk een symbolische waarde kan men dus niet verstandelijk begrijpen, maar slechts op intuïtieve wijze aanvoelen.

Vroeg in de Griekse filosofie, en wel speciaal bij PYTHAGORAS en zijn “school”, vindt men de getallensymboliek. Van Pythagoras is bekend dat hij het getal als het “Wezen der dingen” beschouwde. Voor Pythagoras was het wezen der dingen (het getal), tevens de “Goddelijke kern” der dingen. Daarom kan men Pythagoras een Getallenmysticus noemen, want een mysticus is iemand die contact zoekt met het “Goddelijke wezen” der dingen. Voor een getallenmysticus heeft het getal niet alleen een gewone

Waarde, maar ook een symbolische waarde.

Volgens Pythagorische leer gelden hiervoor bijzondere regels. Enkele van deze regels zijn: Oneven getallen duiden iets aan dat onbegrensd is; even cijfers duiden iets aan dat begrensd is.

Getallen die uit even en oneven getallen zijn samengesteld, verenigen in zich de beide principes van begrensd en onbegrensd. De cijfers zijn op zichzelf on- geworden en onveranderlijk en daarom van Goddelijke aard.

In de Middeleeuwen was er ook een getallensymboliek, bijv. 1 = duidt de godheid aan; die staat immers aan het begin van alles. Bijv. 7 = het heilige getal. Volgens de Bijbel heeft God de wereld in 7 dagen geschapen en beval hij dat de 7e dag heilig zou zijn.

De Chinezen zagen in het getal vooral de sleutel tot harmonie tussen de MICROKOSMOS en de MACROKOSMOS (bijv. tussen mens en heelal).

Met Kabbala bedoelde men oorspronkelijk de “mondelinge traditie” die van geslacht op geslacht werd ontwikkeld en bewaard naast de “geschreven traditie”, zoals die bijv. is neergelegd in de THORA, de TALMOED en de MISJNA.

“Sefer Jetsira” = Boek van de schepping. “Merkabah” = Hemelwagen.

In de Sefer Jetsira wordt het scheppend vermogen van de 22 letters van het Hebreeuwse alfabet onthuld, en waarin tevens een uiteenzetting van de Sefirot, de 10 Goddelijke emanaties of uitstralingen die het aanschijn van de schepping hebben bepaald.

Het beroemdst werd het boek “Zohar”, van Mozes de Leon (ca 1250-1305) uit Granada, een werk dat de hele mystieke literatuur in later tijd heeft beïnvloed. De mystieke leer wordt hierin volledig herleid tot de vijf boeken van Mozes, de Thora, waarin ieder woord en elke letter een mystieke interpretatie krijgen. Doordat elke letter een bepaalde betekenis kreeg, ontstond een symboliek van getallen; zodat elke naam, en elk woord in een getal uitgedrukt kon worden.

(Oude Testament: Leviticus, hoofdstuk 24)

Openbaring 13: 18 {Verzen}; Hier is de wijsheid; wie verstand heeft, berekene het getal van het beest, want het is een getal van een mens, en zijn getal is zeshonderd zesenzestig.

(Bron Wiki)

Ik kan zo nog wel een aantal bladzijden door gaan, maar ik hoop dat deze voorbeelden u duidelijk hebben gemaakt dat de mens altijd geboeid is geweest door symbolen. Als we hierop door gaan, zullen we zien dat net als in vele andere manieren van duiden (het plaatsen van momenten in ons leven) b.v. de astrologie, niets apart gezien mag worden. Het is dus zaak om het geheel te bekijken voordat er op details in gegaan kan worden.

Simpel gezegd; een geduldig mens reageert nu eenmaal anders op een bepaalde situatie als een ongeduldig mens. Dus zullen we eerst moeten kijken hoe iemand over het algemeen in elkaar zit, en dan pas hoe die persoon op een bepaald moment zal gaan reageren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *