22. Wat er wel of juist niet goed is gegaan

Ieder heeft een ziel, waarna die ziel een verbintenis aangaat met een lichaam. Samengaan ze een pad op waarin geleerd dient te worden, om verder te kunnen gaan, ook na dit leven.

Deze lessen kunnen niet alleen uit gebeurtenissen bestaan die positief overkomen en of aan voelen. De meest kinderen als ze geboren worden, krijgen een tik op hun billen om te moeten gaan huilen, om ook dat op gang te brengen.

Net als waar ik het eerder over gehad heb, kunnen wij géén fouten maken, maar moeten wij die gebeurtenissen mee maken om te leren en te worden wie we behoren te zijn.

Worden wij dan allemaal wereldkampioen of president?

Nee natuurlijk niet, omdat wij ook allemaal andere bijzondere eigenschappen hebben die nodig zijn om een samenleving te kunnen laten slagen. Stel we hebben alleen straks nog maar zeer hoogopgeleid mensen die niet die dingen willen doen die nu nog laag of middel opgeleid mensen doen. Hebben wij daar dan allemaal robots voor, of moet het via een loterij systeem, dat je om de beurt het doet. Gaat niet goed, geloof mij maar. Een wereld, maatschappij, stad, plaats, dorp, heeft alles nodig en een zo’n groot mogelijke diversiteit aan mensen en kunnen. Alles in het leven wat te eentonig is, zal tot een catastrofe leiden is mij doorgegeven.

Vanaf het begin en ontstaan van de Aarde en Mensheid is strijd een van de belangrijkste gegevens om te groeien en sterker te worden. Ook is het zaak dat wij de diversiteit terug leren krijgen die er bij deze planeet hoort. Als je lievelingsmaaltijd, biefstuk met champignons en gebakken aardappels, mayo en appelmoes. Wanneer je dat elke dag zou moeten eten, dan komt het al heel snel je strot uit.

Mijn ouders werkte zich haast dood toen ik erg jong was en daarom kreeg ik dan ook een te beperkte diversiteit van eten. Mijn Moeder probeerde het wel, maar als je beide zo veel uren, zo hard moet werken gebeurt het nog weleens dat, zoals op mijn kinderfoto’s te zien was. Staande in de box met een kroket in de handen. Ik moest tevreden zijn en wat heb je dan snel bij de hand. Ik lust ze nog graag hoor, maar dit ging te lang door en omdat ze mij wilde verwennen, omdat ze vonden dat ik ook aan de andere kant te weinig tijd en daardoor aandacht van ze kreeg, compenseren mensen dat dan met vaak de verkeerde dingen. Mijn oudere broers moesten dan vaak met de kinderwagen een park in en zo kwam ik buiten.

Mijn ouders konden niet meer en hebben later ook geprobeerd heel veel goed te maken, maar waarover gaat dit boek ook.

Er zijn géén herkansingen in dit leven.

Dat denken de meeste mensen wel, maar dat is een totaal verkeerde inschatting. Als je nu terugleest in dit boek, dan ben je al niet meer diezelfde die hier gebleven was. Ook kan je nooit meer dezelfde kans meemaken of krijgen. Het is altijd toch anders. Soms heb je er daarna nog wel baat bij ook, als je geleerd hebt van de vorige gebeurtenis in je leven. Dan heb je in ieder geval geleerd, hoe het niet moest om niet te doen. Rare zin he, klopt, toch wilde ik dat deze zo zou blijven staan, zoals alles wat je hier in dit boek leest. Er zullen volgens veel mensen, veel fouten op welk terrein dan ook in staan en weet je dan hebben die gelijk vanuit hun standpunt en leerproces. Vanuit mijn inzichten en wat ik hierdoor wil geven, kon het niet anders geschreven worden, anders zou het alle kracht halen uit zijn imperfectie.

Een fout is alleen maar een fout, als je vindt dat het op die manier dat jij het wilt zien, of maar kan zien, fout is. Dat kan jouw werkelijkheid zijn, maar hoe wil je dan loskomen van de vastgeroeste lijnen in jouw leven. Het is jouw opvoeding, jouw pad, wat je liet besluiten dat iets fout was. Maar wat ik al eerder schreef. Je kan géén fouten maken.

Herkansingen bestaan niet, of alles is een herkansing.

Ik probeer zo veel mogelijk mij in te stellen als een eendagsvlieg. Deze kan niet wachten om morgen iets te doen, of erop gokken dat het wat aan je voorgezet wordt in dit leven van één dag, nogmaals voorbij zal komen. Door te leven of dat je maar 1 dag tot je beschikking hebt, leer je veel sneller te genieten van dat wat je die dag mee maakt. Ook moet je veel sneller met teleurstellingen omgaan. Heel veel mensen lopen veel te lang in het leven met zaken die achter hun liggen, maar niet meer ongedaan gemaakt kunnen worden. Net als bij, toeval wat niet bestaat, of alles is toeval”, gaat het hierom hetzelfde. Het gaat er om vanaf welke kant je kijkt en wat je wilt geloven. Beide is waar en onwaar tegelijk. Daarom is het alleen van belang dat je in het “nú” leeft en niet in wat achter je ligt, want dat is alleen verloren energie.

Teleurstellingen, leer je daarvan?

Toen ik dit aan het schrijven was schoot mij een verhaaltje te binnen wat Siny mij ooit verteld had, wat hier goed ook als voorbeeld kan dienen.

Ze was ongeveer 4 jaar oud en zat op de kleuterschool. De opdracht was een cadeautje maken voor vaderdag. Het werd een schoteltje beplakken met mooie kleurtjes. Zij was er vol van het was geweldig. Ze had het echt heel mooi gemaakt en was trots als een pauw. Op school zei er iemand ga je die aan jouw vader geven? Oh nee, jij geeft het zeker aan je opa, want je hebt toch geen vader. Door haar hoofd gonsde het, “ nee ik heb geen vader, mijn moeder is gescheiden toen ik 2 was en daardoor ken ik geen vader.) Naar huis toe gaf ze toch maar het schoteltje aan haar opa, ze gehoorzaamde wat er gezegd was. Maar het spookte maar door haar hoofd en het deed haast pijn in haar hart, want ze miste ook eigenlijk helemaal geen Vader. Ze pakte het schoteltje op en liep naar buiten. Daar gooide ze het stuk tegen de muur. Dit was een Vaderdag cadeau en die heb ik niet. Dus wil ik iets echt voor mijn opaatje maken en niet iets wat voor iemand die niet bestaat. Opaatje verdient een eigen cadeau, was haar absolute mening. Opoetje was boos, dat ze het stuk gooide. Want het was zo mooi. Het was voor haar weer een les die ze nooit meer vergeten kon. Ze kon niet met een illusie leven, dat ze iets had gemaakt voor haar Vader, die niet bestond.

Goede bedoelingen vul je geen maag mee.

Ze woonde nog in Rotterdam en er was vaker geen als wel geld voor haar ouders en mij, maar ook niet voor haar zusje de pasgeboren baby. Ze is nooit vergeten dat haar Moeder vond dat haar man voor eten moest gaan zorgen, ze bedoelde natuurlijk geld verdienen. Maar zoals snel zou blijken, was hij niet de snuggerste. Want hij de stiefvader kwam niet met geld maar met een paar kisten met sinaasappelen. En dat kan een baby nog lang niet eten. Die had er niets aan. Ouders behoren voor kinderen te kunnen zorgen, zeker met eten en drinken. Als ze dat niet kunnen, moet ze zeker niet aan meerdere kinderen gaan beginnen. Daar schrijf ik vaak over in dit boek, dit is weer zo’n situatie waar in het zeer duidelijk is.

Voor Siny was het de zoveelste teleurstelling, want nu begon ze te zien dan haar Moeder niet een echt goede keuze had gemaakt om uit de shit te komen waar ze altijd al in gezeten hadden.

Zo jong als dat zij was, wilde ze toch haar steentje bij dragen.

Het volgende verhaal was in een aardappelrooitijd. Dan mochten mensen uit de buurt de kleine aardappeltjes zoeken die de machines achter lieten. Dat waren echt hele kleine aardappeltjes. Siny ging moedig met twee grote emmers op pad om aardappelen te halen. Ze had ze helemaal vol gemaakt, daar konden ze een tijdje mee voorruit was haar gevoel. Lopen en lopen, er kwam geen einde aan de weg terug en het werd elke meter zwaarder. Haar Moeder kon niet mee, die wilde thuisblijven.  Zij was niet sterk en haar gezondheid was ook zeker niet zo goed. Het kan ook zijn dat ze zwanger was of pas bevallen, dat feit kon ze niet meer herinneren. Het gewicht begon zijn tol te eisen en steeds moest ze er wat aardappeltje uit gooien om de emmers nog vast te kunnen houden in haar kleine knuistjes.

Thuisgekomen, zat er in beide emmers nog maar een laagje aardappels, dat was wat ze had kunnen volbrengen. Ze was kapot, maar ook trots dat ze het toch gered had.  Ze had zo ontzettend graag alles thuisgekregen, maar dit was toch veel meer als dat ze de laatste tijd hadden gehad, dat gaf toch wel voldoening.

Haar Moeder was blij dat ze terug was gekomen, maar ze kon het niet laten om te zeggen, “oh wat zijn ze klein”.

Een goed voornemen werd voor haar gevoel een grote mislukking, niet genoeg, te klein niet goed genoeg dus. Nu weet Siny gelukkig wel dat ze ontzettend veel goed had gedaan, toen die dag maar ook op heel veel andere momenten. Allemaal om te overleven voor het hele gezin. De plichten die aan haar gesteld werden waren niet terecht.

Ik zelf weet niet zo veel van die hele jonge jaren, maar dat komt ook zeker omdat het mij meezat in die tijd. Ik had geweldige ouders die wel heel veel en hard moesten werken, maar de liefde voor ons als kinderen was geweldig om te hebben. Dat gun je iedereen, zeker een kind zoals Siny was. Was alles koek en ei dan mijn jeugd? Nee natuurlijk niet lees maar verder.

Mijn Moeder heeft mij als klein kind niet geleerd om te knuffelen, gewoon omdat ze er geen tijd voor had, vanuit haar leven gezien. Natuurlijk had ze er tussendoor wel extra tijd voor kunnen maken, maar dan had mijn geboortedatum niet geklopt, want ik heb in de eerst 7 jaar van mijn leven een tekort aan aandacht en liefde van een Moederfiguur gehad. Ook het omgaan met mijn eigen gevoelens en die te delen met anderen is daarom in de verdringing gekomen. Daarom staat er geen 2 in mijn opvoeding ‘s lijn. Had ik dan een slechte Moeder? Nee totaal niet, voor die het boek goed gelezen en begrepen heeft. Ze was geweldig voor mij, ook voor heel veel van wat ik nodig had heeft ze aandacht aan besteed, maar het leven is niet perfect, dat heb ik ook moeten leren.

Toen mijn Vader net was overleden en wij vele avonden gesprekken voerde over echt van alles en nog wat in het leven. Kwamen ook dit soort zaken aan de orde. Ze wist het dat ze te weinig had geknuffeld had met ons en dat was niet meer te veranderen. Ze besloot vanaf dat moment iedereen die op visite kwam van de familie die bij binnenkomst en ook als ze weer gingen een dikke knuffel te geven. Was dit nu een herkansing?  Nee natuurlijk niet, maar wel het maximale wat zij er nog uit kon halen en dat deed ze heel er goed.

Ik heb in mijn leven heel veel mensen geholpen, maar zeker zo veel ook tegen de schenen geshopt of gechoqueerd met uitspraken en of confrontaties waar ik niet trots op kan zijn.

Het leven is een verzameling van gebeurtenissen, lessen eigenlijk. Toch ervaren wij als mens het te vaak als negatief, wanneer iets stuk gaat, of wij iets verliezen. Een relatie die uit gaat. Een baan die je verliest of nog veel ergere dingen in het leven.

Dat is een les die haast iedereen heel moeilijk kan leren. Ook ik heb er lang over gedaan, om dit onder de knie te krijgen. En ergens zal ik het ook wel nooit helemaal onder de knie krijgen. Ja natuurlijk, als ik over ga, dan ben ik zo ver, dat ik naar de volgende ronde kan gaan. Maar ik wil nu hier zo ver komen, dat ik niet een oneindig aantal rondjes zal moeten blijven maken, om daar te komen, waar wij uiteindelijk allemaal behoren te komen.

Toen ik een hele leuke jonge dame op de camping had leren kennen tegenover waar wij woonde. Daar waar ik als kind ook veel geholpen had, maar nu woonde wij er tijdelijk omdat mijn ouders een nieuw huis zouden krijgen, wat nog niet klaar was. Een halfjaar of zoiets, een zomer lang moesten wij in een soort van directiekeet, die mijn Vader op de kop had getikt wonen. Dat was wel erg inschikken, maar het had ook wel veel leuke kanten. Ik leerde dat meisje kennen op een zaterdag avond met muziek in de kantine. Ik kende haar broer van het voetballen op de camping en had hem gesproken omdat hij ook aan gevechtsporten deed. Andere als ik, maar dat vond ik en hij juist wel leuk, omdat je dan weer andere variaties kon zien van de ander. Het werd iets tussen ons toen wij dansten om het nummer, “Sylvia ’s Mother” van Dr. Hook Medicine Show.

Ik was als ik het mij goed herinner 17 jaar net nog geen 18 om mijn rijbewijs te hebben. Toch had ik al een eigen auto, een felblauwe fiat 750 sport coupe met een hele lange gele antenne. Die had je toen in die tijd en natuurlijk had ik die ook. Mijn ouders hadden het goed en de auto heb ik dan ook voor een deel van hun gekregen. Een groot stuk had ik al wel bij elkaar gespaard, maar nog niet alles. Ook mocht ik er eigenlijk niet in rijden, zonder rijbewijs, maar ja we woonde in van die kleine dorpen. De politie hield mij weleens aan, als ik onderweg was en dan kreeg ik te horen. “Snel naar huis jij en zeg je Vader maar dat wij vanavond nog wel even langs komen”. De politie kwam haast wekelijks wel met een busje met een paar mensen bij ons op de fabriek om koffie te drinken. Ook kregen ze geregeld een doosje met van alles voor de vrouw mee naar huis, daar was mijn Vader wel erg bijdehand in. Want als ze dan kwamen omdat ik weer met de auto betrapt was, dan kreeg ik een waarschuwing om het toch maar niet meer te doen. Daar hield ik mij zoals met haast alles, echt aan. Eh. Een dag natuurlijk, want de volgende was ik weer in een nieuw leven aangekomen.  

Het ging echt leuk tussen ons en toen ze omdat ze als kind te veel medicijnen had moeten slikken al haar tanden moest laten trekken omdat ze een gebit moest gaan dragen. Wilde ze dat ik er voor haar bij zou zijn en haar hand vasthield. Dat heb ik gedaan en geloof mij ik had nog niet zoveel bloed gezien bij een mens. Wel bij het slachten van dieren, wat mijn Vader ook zelf soms deed en uitbenen, maar niet zoals dit. Ik keek in een gat alsof er geen einde aan kwam en tand na tand ging er in een rvs bak. Ik liet niks merken, maar het was niet het prettigste wat ik ooit zag, maar het raakte mij niet, omdat zij het onderging, ook om er voor mij nog mooier uit te zien. Niet dat ik dat gevraagd had, maar ze wilde het eerder niet en nu ze iemand had om van te houden wel.

We hadden echt hele leuke tijd met elkaar, en toen was er bij hun in de buurt waar ze woonde een feestje, waar ik ook voor werd uitgenodigd. Bleef ik slapen bij hun. Allemaal sliepen boven en ik lag op de bank onder in de woonkamer. Het was midden in de nacht en in voelde iets tegen mij aan drukken. Ik dacht die komt even om wat aandacht te krijgen, zal ook wel naar de wc gemoeten hebben. Ik keek en kon mijn ogen niet geloven. Het was haar moeder, die daar zat met de ochtendjas iets verder open als dat voor mij nog behaaglijk was geweest. Ik duwde haar weg, als reactie en ze liep naar boven. Daar was de kous mee af dacht ik. De volgende morgen kwam de man waar ze toen mee leefde naar mij toe en zei, dat ik het huis gelijk moest verlaten omdat ik zijn vrouw lastig had gevallen. Ik wist van niks en wilde het uitleggen, maar niemand luisterde naar mij. Ook het meisje José uit Arnhem Zuid wilde of kon mij niet geloven. Haar woorden weet ik nog heel er goed. “Mijn moeder, moet ik toch geloven, want wie kan ik anders in mijn leven dan nog vertrouwen”. Dat snapte ik echt voor 100%. Maar ik snapte er totaal niks van, dat dit mij moest overkomen en het vertrouwen en geloof in de mensheid was ik gelijk kwijt, voor zover het er nog was of ooit geweest was.

Ben ik dan gelovig?

Jazeker en toch ook weer in heel veel niet. Ik geloof niet in dat wat de mensen hier op aarde aan geloof neer zetten. Oké er zijn er bij die erg hun best doen, maar toch, ze hangen zich op allemaal en elk geloof wat ik heb kunnen onderzoeken door de verkeerde regels.  Zelfs de 10 geboden uit de bijbel, kloppen volgens de door mij doorgegeven inzichten niet helemaal. Deze zijn gemaakt met een vleugje van waarheid en de rest door mensen die vonden dat in die tijd dat ze verkondigd waren, die regels een betere maatschappij zouden gaan maken. Maar zo werkt het maar even zo en barst het na een tijdje uit zijn eigen voegen, door de regels die niet mee groeien.

Als je de verschillende soorten Bijbels en aanverwante boeken een geschriften erop na leest, zal je zien dat het er zeer waarschijnlijk niet eens 10 waren, maar meer. Ook wordt er ook haast overals wel een andere draai aan die er wel staan gegeven. De meeste overeenkomsten zijn dat je een ander niks aan moet doen, wat je ook niet wilt dat jou aangedaan wordt.

Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.

Het is de Gulden Leefregel van zo’n beetje alle wijsgeren en profeten in de wereldgeschiedenis en eentje waar ik de waarde van zie. En dat heeft eigenlijk niks met welk geloof dan ook te maken.

Als het ook je bedoeling is om, na dat je dit boek gelezen en uitgewerkt hebt, minder onjuiste of afremmende bewegingen op jouw pad wilt mee gaan maken. Kijk dan een keer achterom en schrijf jouw eigen boek. Het mag ook een A4tje zijn, met de belangrijkste dingen er op.

Schrijf dan op, dat wat je wel geleerd hebt van die dingen waarvan je dacht of niet in de gaten had, dat ze jou toch op een positieve of negatieve manier gevormd hebben. Dan ben je ontzettend ver gekomen in jouw leven. Het onder ogen zien van de lessen is het belangrijkste om verder te kunnen gaan en meer uit je leven te gaan halen als dat je tot nu toe deed.

Denk je, maar ik heb er echt alles uitgehaald, dan vind ik het jammer dat ik nu net jou niet heb leren kennen, want dan of had ik dat er nog bij kunnen leren, of ik had je onderuit kunnen halen met dat wat er echt in je leven afgespeeld heeft en waarom…

Waarom en wat ben jij wie en wat je bent, daar zit een van de belangrijkste oplossingen.

Wij verschuilen ons veel te vaak achter de verkeerde aannames.
Wij verschuilen ons te vaak achter de opvoeding, of relaties en banen die niet goed waren vanuit ons gezichtsveld.

Dat is dus wel een fout, kan je nu denken…. Nee weer niet dus, je kon tot op dit moment niet beter, nu kan je het dus wel. Jij bent nu aangekomen op het punt om echt te leren wie jij nu en wat bent.

Hoe zit jouw ziel in elkaar en hoe was mijn opvoeding en leven echt. Dit was jouw pad, dat wat er voor jou kwam te liggen op het moment dat je geboren werd hier als klein mensje met jouw eigen ziel.

Nu kan je ook leren hoe jouw ziel in elkaar zit en wat je er meer mee had kunnen doen. Maar het belangrijkste is dat je nu kan gaan zien, wat je dagelijks er meer mee zal kunnen doen en dat je ergens ook verplicht bent om anderen er deelgenoot van te maken.

Leg nieuwe en oude contacten met kinderen, mensen in je omgeving, wees een prediker van de juiste inzichten, dat verdien jij, maar ook die anderen.

Vraag ik of je reclame voor dit boek wil maken. Ja, maar alleen als je het zelf gevoeld hebt en van mening bent dat dit boek een aanvulling is op dat wat je wist en dat het jouw geholpen heeft om jouw inzichten duidelijker te krijgen en het liefst uit te breiden. Ja dan graag.

Dan haal je jouw 100% uit het leven. Dan is het geslaagd en zal je merken hoe blij het je maakt om anderen betere inzichten te geven en daardoor weer jouwzelf te trainen in die dingen die nodig zijn om verder te gaan, ook als het einde van jouw leven hier op aarde is gekomen.

Gelukkig zijn is het inzicht in jezelf en anderen. Ook wel je snapt eigenlijk waar het omgaat in die tijd dat we hier op aarde rondlopen.

Dit hoofdstuk gaat over wat er misgegaan is in je leven. Niks kan er misgegaan zijn, of soms toch wel.  Zou dit dan niet bij het hoofdstuk over o.a. pech horen. Kan en toch ook weer niet. Ik ga er even verder op in met een gebeurtenis uit mijn leven.

Ik wilde op een bepaalde dag even naar het westen toe en was het adres van waar ik naar toe wilde even kwijt. In die tijd, had je nog geen telefoon overal en ik wist dat mijn een na oudste broer die het adres wel wist aan het oefenen was met biljarten bij de plaatselijke kroeg die ook dat zaaltje had waar gebridged kon worden op de woensdagen. Er waren twee kroegen en twee biljart verengingen, maar hij zat bij deze. Ik kwam erbinnen om het adres te vragen aan hem en wilde weer weg gaan, op pad de wereld in, want ik was geen dorps mens. Toen een jonge man mij aansprak met in zijn ogen de blik, van jouw ken ik wel. Hij had twee jonge en mooie meisjes bij zich die ook aan de bar zaten. Wil je wat drinken was zijn tweede zin en ik dacht ach de wereld kan nog wel even wachten, met een half ook op de jonge dames. We hebben leuk gebabbeld en het bleek dat de ene zijn verloofde was en die ik het mooiste vond zijn zuster. Ook met haar nog even wat gepraat over muziek en zo en toen vond ik het welletjes worden en zei tegen haar. Of heb je zin om een keer samen uit te gaan. Waarop ze gelijk zei, “Nee hoor”. Nu ben ik niet echt doof, dus stond op en zei gedag tegen iedereen en ben op toer gegaan naar het westen. Wat ik allemaal daar gedaan heb weet ik niet meer. “Normaal” gesproken, ging ik haast nooit uit in de dorpen in de buurt, maar het was ongeveer een jaar later als die dag in het biljard café, dat ik bij mijn een na oudste broer op visite wilde en die net weg wilde gaan. Hij had een wagen gehuurd en verkocht er kroketten gebakken uit de kraam. Een dorp verder bij een kermis. Hij zij, ga toch mee, dan heb ik ook wat hulp. Ach en helpen is ergens een soort van verborgen naam voor mij, ik ging mee. Het was er niet druk en hij zei tegen mij, ga toch even wat rondlopen, straks komt alles uit de zalen en dan moeten we hard werken, maar nu nog niet. Ik met halve tegenzin toch maar die tent even in. Ik hoefde geen intree te betalen omdat ze mijn broer daar kende, dat was een meevaller. Ik ben wat rondgelopen en wilde net naar buiten weer gaan, toen diezelfde jonge man met die twee mooie jonge dames op mij afkwam en zei had een glas bier in haar hand en gaf dat aan mij. Die heb ik voor jou gehaald, omdat ik toen zo stom was om jouw uitnodiging niet aan te nemen, was wat ze tegen mij zij met hele mooie ogen. Ik was totaal verbaast en was het voorval ook eigenlijk wel vergeten, maar ja een gratis glas bier van een leuke jonge mooie vrouw. Ik ben niet gek. Het was gezellig en ben mijn broer weer verder gaan helpen, maar nu wel met een afspraak in mijn zak met haar.

Ik heb een fijne tijd gehad, maar de familie van haar kon mij niet luchtte of zien. De belangrijkste reden was, dat ik een de zomer die eraan kwam even tussen twee jobs in zat en tijd over had. Haar vader had een stratenmakers bedrijfje in Duitsland. Zijn werknemers werkte meestal aan vliegvelden onder in Duitsland en aan gezien hij suikerpatiënt was vroeg hij mij omdat ik vrij was of ik met hem mee wilde rijden. Ik had verkering met zijn dochter, dus beter ook goede vriendjes zijn met haar vader toch. De oudste dochter deed de boekhouding en die had zich bleek veel later in het hoofd gehaald, dat ik de zaak over wilde nemen van haar familie. Er is werkelijk nooit maar ook een moment geweest dat ik daarbij stil had gestaan, en die mij kennen zouden dat ook wel weten. Ik en zo’n saaie baan of werk. Nee niks voor mij. Een paar keer mee om te rijden, vond ik wel leuk, zo leerde ik gelijk dat vak, hoe dat je de boel op moet meten en wat er allemaal bij komt kijken zakelijk ook daar in Duitsland.

Omdat haar familie mij niet zag zitten, liep ze weg van huis en trok bij mij in. We zijn gewacht tot ze mocht trouwen toen voor de wet zonder toestemming en zijn in Lobith gaan wonen. De familie had nog wel contact met haar, maar niet met mij. Als ze jarig was kwamen ze feliciteren in de straat maar niet bij ons binnen. Ik sla een aantal stukken over, die niet van belang zijn voor dit boek, maar wij waren best gelukkig met elkaar. Ik was vaak onderweg voor zaken o.a. in Engeland en Italië en verdiende goed. Zij was kapster die net alle diploma’s ervoor gehaald had. Een pand gehuurd en ingericht. Drie weken voor de opening net dat ik een paar dagen weg was, was zij ook weg. Weer naar haar thuis, ik heb haar nooit meer gezien. Er was geen ruzie en wij waren gelukkig, dacht ik in ieder geval. Er zijn allemaal boze zaken over mij verteld die totaal niet waar waren door mensen uit haar familie en wij zijn gescheiden.

Maar doordat ik in die scheiding terecht was gekomen, liep het leven voor mij even totaal niet meer in ritme. Ik heb toen ontslag genomen van die zeer goed betaalde baan, want kon het niet aan, dat ik de zwarte piet toe geschoven kreeg zonder dat ik maar wat dan ook fout gedaan had. Tenminste wat ik tot nu toe weet.

Ik ben zwaar gaan drinken een tijdje lang en zakte steeds verder weg, toen ik in een kroeg zat en er een oude bekende van school naast mij ging zitten en met mij een gesprek aan ging.

Hij keek mij aan en zei, “dit is niet jij, wat ik hier zie”. Hij was iemand die heel veel in het leven niet zo nauw nam. Hij reed altijd in de duurste BMW ’s en handelde ook daarin. Niet dat het zijn grootste bron van inkomsten was, maar het was wel wat de meeste wisten van hem. Ik kende hem beter en hij wist dat ik anders was. Niet dat hij ooit iets heeft gevraagd aan mij, of er ooit over heeft gesproken. Maar het bleek uit wat hij toen zei en wat er daarna nog gebeurde. “Er is een nieuwe sportschool geopend en die geeft daar ook gevechtsporten”, was zijn tweede zin. Ik zal wel niet zo enthousiast geweest zijn, want hij gooide er overheen. “Ik ga er aan Kempo doen en vind dat jij dat ook moet doen”. Ik was haast perplex, over deze haast stelligheid, die hij tentoonspreidde. Hij stond ook bekent als een vechtersbaasje, maar wij hadden het nog nooit aan de stok gehad. Hij wist van mijn gevechtsport verleden, uit de schooltijd. Wij kende elkaar, vanaf de andere kant van het schoolplein. Ik zocht het probleem nooit op in mijn leven en hij had blijkbaar nooit de behoefte gehad om mij te testen van wie het beste was. Mannen en zeker jong mannen hebben die neiging vaak wel. Ik niet, nooit gehad. Mogelijk omdat ik zo jong al met gevechtssporten begonnen was, maar denk toch dat het aan andere zaken ligt als ik heel eerlijk ben. Het is toch een bepaalde mentaliteit die je moet hebben om een ander te willen slaan, die ik niet had. Ik geloofde ook meer in het woord. Zelfverdediging sport als in de omschrijving gevechtsporten, die door de meeste werd gebruikt. Hij ging door, “geloof mij, je gaat hieraan onderdoor, dit is niet jouw leven”. Natuurlijk had hij gelijk, ik zakte heel snel af door een paarrelaties die verkeert liepen en daar moest ik mijzelf in terug vinden. Ik moest stoppen mij te verschuilen en als een slachtoffer te gedragen. Dit had ik totaal niet in de gaten, maar ben er dankbaar voor dat ik het mee heb mogen maken hoe zwaar het ook was voor mij. Ik was totaal onderuitgehaald en lag KO op de grond, om maar bij de juiste sport termen te blijven. En het klopte wat hij zij, dat ben ik niet. Ik laat mij niet onderuithalen en zeker niet zonder keer na keer weer op te staan. Nu ik ben met hem mee gegaan. De eerste training stond ik na 20 minuten kotsend in de wc en waste mijn gezicht en keek in de spiegel en moest lachen. Dit was ik en niemand anders. Ik ben teruggegaan de zaal in en heb de training afgemaakt. Na korte tijd trainde ik weer 5 dagen in de week en ben er ook les in gaan geven. Robbie die mij ertoe aangezet had, is een tijdje daar gebleven. Maar zijn pad liep weer een andere kant op. Ik ben hem tot op deze dat nog dankbaar dat hij mij kon overreden om mijn eigen leven weer op te pakken en niet ge geloven dat ik een loser was.

Ik ben wie ik ben, met al mijn eigenaardigheden, mijzelf.

Bij deze sportschool heb ik ook heel veel geleerd tijdens de lessen, maar zeker ook van de sportschoolhouder, “Wim”. Hij was vroeger worstelaar geweest en een soort van spierkanker gehad, waardoor hij met beugels moest lopen en zijn handen stonden zo krom als een hoepel. Hij was nors en liet nooit echt zij gevoel zien, maar was wel een man die de wereld gezien en meegemaakt had. Ik hoorde later van hem dat toen ik daar kwam de eerste les, dat er heel veel mensen gewet hadden over of ik het wel of niet zou redden. De enige die toen voor mij gewet had was “Robbie”. Of het waar was weet ik natuurlijk niet, want het is uit de koker van horen zeggen, maar ik snap het wel. De meeste kende mij op dat moment in Zevenaar alleen maar als iemand die dik was en zoop. Tenminste zo voelde het voor mij als ik over mijzelf dacht. Dat was snel weg getraind en ik kreeg weer een ander leven. Ook het spirituele pakte ik weer op wat ik die tussen tijd kwijt was en voelde mij goed. Niet gelukkig, maar goed en dat is mijn leven al heel wat.

Omdat ik als kind al heel veel jaren aan de verschillende gevechtsporten had gedaan, was ik geen beginner. De banden kwamen dan ook in sneltreinvaart aan en ik was er blij mee. Er werd lesgegeven door iemand die in rechte lijn kwam van “Sifu Simon Mayer”, die het Kempo in Europa op de kaart terug had gezet. Deze preekte voor de harde school en dat lag mij wel. Ik heb mij ook altijd goed gevoeld in de Tai Chi kant, maar in die tijd had ik zeker het harde nodig om weer diep te gaan en mijn hoofd leeg te krijgen. Er was ook nog een andere jonge man, die er al een aantal jaren les kreeg en mocht helpen met les geven. Hij was meer een danser en ging voor de geen contact kant en dat deed hij ook erg mooi en goed. “Edward” was een lange knul met zwart haar en slank als een den. De vrouwen vielen makkelijk voor hem. Die voor hem vielen waren toch niet interessant voor mij, dus moest ik daar altijd wel om lachen. Ik ging zo snel met het halen van banden dat ik hem tot op een enkele slip benaderd was. Dat is een stukje wat soms tussen banden gedaan wordt om de tijd wat te verlengen. Het is ergens vaak een onzinnig gebeuren, maar ja. Ik had bruin met drie rode balken en normaal ga je van bruin gelijk naar zwart. Maar ja hij had ook nog bruin en lieten diegene die erover gingen mij drie extra examens doen voor de zwarte band 1ste dan. Bij het laatste examen wat ik daar gedaan heb, moest ik haast 3 uur lang examen doen. De sportschoolhouder was het beu en liep op de examinatoren af en zei, “Wat is er eigenlijk normaal voor een examen van bruin naar zwart?”. Het bleek anderhalf uur te zijn, en ik had dit nu voor de derde keer moeten doen, voor een rood balkje. Hij was waarschijnlijk ook zo kwaad, omdat wat ik nog niet wist, “Edward” zijn zwarte band cadeau kreeg vlak voor dat ik aan het examen moest gaan beginnen. Ik zal niet zeggen dat hij het niet waard was, maar hij was wel een totaal ander soort sporter. Hij wilde ook nooit tegen mij sparren, het is wel te raden waarom niet denk ik. De bom is toen gebarsten en ik heb gezegd dat ik nooit meer terug zou komen. De docent, de sifu (wat leraar betekend) van die school kwam naar mijn Moeder, want meestal was ik daar wel te vinden. Hij wilde dat ik terug zou komen en dat ze het wel recht zouden trekken. Ik zou ook verder kunnen gaan, volgens hem. Ik heb niks gezegd, want alles was gezegd door mij en omdat ik niet in herkansingen geloof, was het beter om maar geen discussie meer aan te gaan. Want ik wilde niet kwader worden als dat ik al was. Ik kan niet tegen onrecht en ook niet tegen dat anderen wel voorgetrokken worden. En dat zouden ze nooit ongedaan maken, dat wist ik. Niet dat ik het “Edward” misgunde. Het had niks met hem te maken, maar met die het hem gegeven hadden om verkeerde reden. De docent ging op zijn knieën voor mij zitten en had tranen in zijn ogen. Hij was er echt van overtuigd dat hij fout was geweest. Uiteindelijk tikte mijn Moeder tikte hem op de rug en zei. Ik dacht dat je hem na al die jaren nu wel zou kennen. Die komt nooit meer terug op zijn beslissing. Als hij zich in zijn eer voelt aangevallen.

Wat is eigenwijs en ben ik dat dan?

Ik denk van niet, geloof niet in 2de kansen en herkansingen. Alles is plaats en tijd bepalend. Iets over doen, kan helemaal niet. Of waren er wel mogelijkheden en zag ik ze niet. Zelfs nu denk ik dat ik het goed gedaan heb. Natuurlijk moest ik nu een andere manier zoeken om te gaan trainen. Ik heb toen besloten om zelf les te gaan geven in dat wat ik wel allemaal kon. Alle gevechtsporten, zelfverdediging sporten die ik ooit had gedaan, heb ik in een geestelijk vat gedaan en er mijn eigen stijl van gemaakt. Daar ben ik les in gaan geven. Ik was het zat om al die regels die door mensen bedacht waren en naar hun zin veranderd op te moeten volgen. Het was nu ook mijn systeem van trainen en denken. Het HSB-systeem wat ik ook al lang aan het ontwikkelen was paste er naadloos op aan. Mijn leven begon steeds meer mijn eigen wereld te worden.

Fouten, verkeerde beslissingen, bestaan ze nu wel of niet?

Ik was vroeg gaan werken, omdat ik toch niet door wilde studeren en niet geloofde in diploma’s. Ze lieten mensen denken dat je wat kon. Of het nu met je hoofd of met je lichaam was. Het was maar net weer wie erover oordeelde. Ik was onder de indruk van hoe “Arnold Schwarzenegger” in zijn boek ook uitlegde dat je geen gewichten echt nodig had om goed te trainen. Hij die alles won en de grootste was, ontboezemde dat het meer een geestelijke training was als een lichamelijke. Ik dacht er net zo over.

Toen de computers in Nederland kwamen waren dat machines die in heel weinig lijken op wat er nu te koop is. Ik hoorde ervan en kocht er eentje omdat ik nu eenmaal het liefste alles wat nieuw is zelf wil proberen. Dat wat ik erover gehoord had, was voor mij voldoende om er eentje te gaan kopen. Ik weet het nog goed, ik ging naar een winkel met de bus, een auto had ik nog niet. De man in de winkel liet er eentje zien. Een grijs ijzeren doos met een soort van tv erop en snoeren met een toetsenbord. Een muis had zo’n ding toen nog niet. Ik nam het mee naar huis en las het Engelse zeer dunne boekje uit en zette de boel in elkaar zoals het hoorde en deed een hele grote rode schakelaar om, die echt zo’n klak geluid gaf. Er pruttelde wat en er kwam op het scherm in groene letters te staan. “Error”. Van alles geprobeerd, maar geen beweging in het geheel te krijgen. Ik terug naar de man in de winkel met de bus. Ik vertelde het hem en hij snapte het niet, dat het niet goed was, had hij nog niet eerder meegemaakt. Hij pakte het geval uit en keek en zei tegen mij, “welke disk heb je erin gedaan?” Ik keek hem aan, welke disk. Ik heb geen disk. O, maar je moet er eerst een disk in doen, anders kan de computer niks. Ik vond het stom dat ze mij daar niet op gewezen hadden, maar ging met een paar gekochte disk ’s naar huis. WP een van de eerste versies, op een flop, die je als waaier goed kon gebruiken. Er konden er twee tegelijk in. Je moest eerst met een opstart flop de computer opstarten. Dat de flop met WP of wat anders in de andere en met D: en enter drukken daarnaartoe gaan. Daar het programma wat daar opstond opstarten met de naam in te typen, zonder fouten, wat voor mij niet makkelijk was en is. En enter. Dan kwam je in je eerste programmaatje. Een paar maanden zo aangemodderd en bij een HCC-beurs die je toen had. Dat waren allemaal mensen die zo’n ding of net een andere hadden en informatie uitwisselden aan elkaar. Echt die sleepten dan haast allemaal hun eigen ijzeren doos met tv enz. mee om aan andere te laten zien, wat zij wel konden. Ik kocht daar mijn eerste Hard Card, dat was een voorganger van de Harde Schijf. Een kaart die je in je computer kon schroeven en dan hoefde je niet alles met die floppy’s te doen. Een paar maanden later wilde ik nog weer wat kopen, bij die man in de winkel in Arnhem. Ik keek rond en toen hij kwam, vroeg hij mij wat ik zocht en hoe dat mij computer mij nu beviel. Hij was die rare knaap niet vergeten. Ik vertelde hem dat wat ik wilde hebben. En hij liet het zien. De eerste 720 floppy’s waren net uit en ik had er een bij mij met wel menu’s en zelfgemaakte kleine dingen. Ik vroeg hem, mag ik het even testen. Het ging om een betere video kaart. Ik wilde ook met kleur gaan werken en die van mij was nog “Hercules”, dat was een paar grijstinten en zwart en wit. Hij zei: kun je dat dan. Ik liet de flop zien en deed die in zijn computer, met de kaart die ik zocht. Er begon van alles te werken en testen, hij wist schrok zich rot. Is dat wel goed, dat wat daar gebeurt, ik heb zoiets nog nooit meegemaakt zei, “Jan”, zoals hij mij later vertelde. Ik had met een modem overgenomen op de HCC-beurs contact gelegd met een paar BBSen (Bullit Bord Systems), dat waren computers die mensen, bedrijven of scholen aangesloten hadden op een telefoonlijn. Op deze computer zette ze dan dingen die ze met je wilde delen, zeker als jij ook wat naar hun toe stuurde via de telefoonlijn. Ik legde contact met verschillende scholen in de hele wereld als ze maar een taal hadden die ik kon lezen en schrijven. Het meeste ging al wel gelijk in het Engels en dat lukte aardig, ook al wende ik mij een verkeerde manier van uitspaak aan, omdat ik er met niemand over kon spreken. Want die HCC was ook niet echt wat voor mij, daar ben ik snel mee gestopt.

Ik heb jaren zo mij zelf aangeleerd om te programmeren in de basis talen. Alles wat ik kon bemachtigen probeerde ik mij eigen te maken. Op een bepaald moment kwam er iemand bij mij, die ik jaren ervoor kende via het sporten. Hij werkt voor de PTT en daar als programmeur. Hij kwam uit dingen niet uit en wilde weten wat ik ervan vond. Hij liet het achter op een flop en na een paar dagen kwam hij terug. Ik had het opgelost en hij was er blij mee. Een aantal keren is hij zo geweest en ineens zag ik hem niet meer. Later hoorde ik van anderen dat hij een hoge functie had gekregen bij de PTT. Geen bedankje was er voor mij. Het zal zijn pad en mijn pad geweest zijn op dat moment, toch had ik er graag wat meer van gezien, als niks.

Ik was nu wel overtuigd dat ik er wat meer mee moest gaan doen.

Ergens in die tijd, na mijn scheiding. Probeerde ik mij in te laten schrijven bij het Arbeidsbureau, om een omscholing te krijgen. Want ik was bedrijfsleider geweest tot op die dag dat ik zelf ontslag had genomen omdat ik niet wilde betalen voor iemand die mij in de steek had gelaten. Ik gaf mijn gegevens op en de jonge dame gaf het in op hun computersysteem. Er kwam een foutmelding, dat ik niet op kon geven dat ik een bepaalde functie bekleed zou hebben, met op dat moment alleen maar LTS Elektra. Ik had heel veel cursussen gedaan en steeds bij blijven leren wat ik maar kon. Maar geen diploma’s want daar geloofde ik niet in. Zelfs tot vlak voor het examen de Foto Vakschool gedaan, omdat ik reportages wilde maken. Vond ik leuk. Radio tv-monteur, tot net voor het einde. Ik werd kwaad en de vrouw die de leiding daar had vroeg of ik mee wilde komen naar haar kantoor. Ik kookte, van het niet eerlijke behandeld worden zoals ik het ervaarde. Als ik was blijven werken, was er niks aan de hand geweest maar omdat mijn eer aangetast was en ik niet verder kon, zat in nu met deze zooi. Ze probeerde mij rustig te krijgen en dat lukte niet erg goed, omdat ze alleen maar naar haar eigen uitleg luisterde maar niet naar mijn leven of inzichten. Toen ze vroeg wat kunt u zoal, om te proberen het in haar systeem wel in te krijgen, zei ik. “Programmeren”. Dat schoot haar in het verkeerde keelgat, want zij vond dat je dan zeker een hbo-diploma moest hebben. Om mij de les te lezen, pakte ze de telefoon en belde, wat ik later hoorde met de directeur van Computer College in Tilburg. Uit het gesprek kwam, dat hij de volgende dag, toevallig een toelating ‘s examen had voor de opleidingen daar. Ze wilde dat ik daaraan mee zou doen, ook al had ik mij niet voor kunnen bereiden. Dan zal je zien, dat het heel wat anders is als dat je tot nu toe gedaan hebt, melde ze mij.

Ik de volgende dag naar Tilburg. Er was 3 uur voor de test van het toelating ’s examen. Ik wist totaal niet wat ik kon verwachten, maar voelde wel al nattigheid, omdat ik verwelkomd werd door de directeur zelf. Ik ging zitten en wij zaten met een man of 20 allemaal aan een computer. Er lag een boekje naast en of we dat maar gingen maken. Ik las wat en begon mijn weg te zoeken, om de computer voor mij. Na ongeveer 20 minuten voelde ik een lichte druk op mijn schouder en er werd door de directeur gezegd, “kom jij maar even mee”. Ik ontplofte haast en wilde deze man, wel even vertellen wat ik ervan vond. Maar hij was te snel en ging zijn kantoor binnen. Wees op een stoel terwijl hij de telefoon beetpakte. Ik stikte haast, maar mijn nette opvoeding gaf mij toch net die pauze om te willen wachten tot hij klaar was met zijn gesprek. Hij keek naar mij en zei in de telefoon, “ik zet je even op de speaker, want de heer Goedegebuur zit hier bij mij”. Ik was verbaasd dat ik zo openbaar ook nog geslacht diende te worden. Hij zei, “programmeren kan ik de heer Goedegebuur niet leren, want dat kan hij al erg goed. Wel kan ik hem leren om in teamverband te leren werken, zodat het beter verkoopbaar is”. Er werd gestameld aan de andere kant en de speaker ging uit. Hij gebaarde mij of ik even buiten wilde wachten. Ik was uit het veld geslagen. Even later riep hij mij binnen en vertelde mij dat ik toegelaten was op de opleiding. Dat was voor IT, Programmeren in “C”, Programmeren in “INGRES” en wat er eventueel nog zou kunnen komen.

Ik heb er alle diploma ’s gehaald, met hulp van de goede leraren die er begrip voor hadden dat ik een andere instroom had als de anderen. Je moest namelijk een hbo-plus of Universitaire opleiding al hebben afgerond en mijn lts stak daar een beetje raar bij af. Ze adviseerden mij om het maar niet te vertellen aan de anderen die de opleiding volgden en ook niet later als ik werk zou gaan zoeken. Ik had nu een opleiding op Universitair niveau, moest en mocht ik op mijn cv zetten. Nu schrijf ik het hier omdat het allemaal waar is en ik waarschijnlijk een van de weinige ben met zo ’n hoge opleiding met zo’n lage vooropleiding. Maakt niet uit, het is wie ik ben.

Verkeerde beslissingen of is het toch het pad wat je laat kiezen.

Na het behalen van mijn diploma’s op universitair niveau, kon ik kiezen uit verschillende bedrijven om stage te gaan lopen en er te gaan werken. De school vroeg mij ook als docent. Ik heb als eerste gekozen voor een bedrijf in Utrecht. Leuk werk, maar het werd overgenomen door een ander groot bedrijf en kon er niet blijven, hoorde ik na een paar weken. Ik snel een ander bedrijf gepolst wat ik al afgezegd had, daar een paar weken gewerkt en toe gestopt omdat de afdeling waar ik stage liep, weggesaneerd werd.  De school had mij ook gevraagd, maar die durfde ik niet meer te benaderen, omdat ik nu eenmaal niet geloof in herkansingen. Zeker niet omdat ik door toch dat andere bedrijf waar ik niet voor gekozen had, toch nog een kans te geven.

Ik heb er geen spijt van, maar denk weleens. Met een wat andere kop en dan bedoel ik mijn geest van denken, zou ik veel meer kunnen hebben bereiken, maar ja. Dan was ik niet geweest, wie ik nu ben.

Het is net als het met het afgewezen worden voor de militaire dienst. Was ik wel aangenomen na een jaar, zoals mijn buurman mij aangeraden was? We zullen het nooit weten. Wel weet ik dat ik dan een totaal ander leven had gehad en zeer waarschijnlijk ook dit boek niet geschreven zou hebben. Wat is nu meer waard, de keuzes en mogelijkheden meerdere keren te willen beleven, of zoals ik heb gedaan, te leven met wat er die dag op mijn pad kwam en lag.

Ik ken geen spijt, ik ben wie ik ben, jij ook?

Toen Siny bij mij in huis kwam wonen in Duitsland bracht ze ook een oudere hond met zich mee, ze noemde hem “Rex”. Deze had maar anderhalf oor. Dat kwam omdat hij op een boerderij opgevoed was, waar hij tussen de varkens leefde. Hij kende totaal geen regels toen hij daar weg moest en in een asiel terecht kwam. Een man had hem er daar weer uitgehaald maar kon de hond niet de baas. Rex is een baasje en mannetje wat geen balletjes meer heeft, maar dat zijn ze ook vergeten om tegen hem te vertellen. Rex stond op internet als dat hij als hij die dag niet opgehaald zou worden, ingeslapen zou worden. Siny zat in een periode na het overlijden van haar dochter en er liep eigenlijk niks echt goed in haar leven, toen ze die melding zag. Ze bedacht zich geen moment en haalde het niet begrepen dier in huis. Het is een hele toer geweest voor haar, om het dier te leren dat communiceren niet is bijten. Maar het lukt haar, ook omdat ze vroeger veel met honden had gewerkt.

Siny werkte in Almelo als vrijwilligster en toen Yolanda overleden was kwam ze nog veel vaker wat uiteindelijk tot ons samen zijn geleid heeft. De eerste keer dat ze Rex meenam naar de winkel, kwam deze binnen en Siny vertelde altijd dat hij niks van mannen moest hebben, dus hielt ik mij in en liet hem zijn gang gaan. Maar Rex bedacht zich geen moment, hij keek mij aan en liep naar mij toe. Ging zitten met zijn rug tegen mijn scheenbeen aan, of hij wilde zeggen, “ja hoor ik heb een nieuw alfa”. Want zo had hij Siny met al haar goede bedoelingen nooit gezien.

Toen ze met hem bij mij kwam had ik een paar honden en Clowie de poes. Deze was aankomen lopen toen ik een winkel in Almelo had.

Clowie was een kitten, die te jong was om het zelf te gaan redden. Ik deed op een morgen de deur open en wilde de borden buiten gaan zetten het was lekker weer. Ze kwam naar mij toe lopen, zo maar uit een zijstraatje en wreef langs mijn been. Ik ben niet echt een katten mens, maar mijn hart zag en voelde dat het diertje zo hier niet kon blijven. Ze had ook honger dacht ik en wilde wat vanbinnen op halen om haar te geven, maar ze liep gelijk met mij de winkel in. Ik pakte een hele belegde snee brood die ik van thuis mee had genomen en trok er een klein stukje uit voor haar. Ze hapte alsof ze heel vele honger had een groot stuk uit de hele boterham die ik in mijn ander hand, dus te laag had gehouden. Ik heb het kleine stukje opgegeten en zij de hele grote. De hele straat gevraagd, maar niemand miste haar.

Ik geloof in voorbestemmingen en liet haar in de winkel overnachten en zocht de volgende dag verder, maar geen eigenaar te vinden. Na een paar dagen heb ik een hokje gekocht waar je een kat in kunt vervoeren en haar mee naar huis genomen. Wij hebben een dubbel woonhuis en de bovenverdieping staat meestal on verhuurd leeg. Wij gingen ervan uit toen ze kwam, dat ze daar wel zou aarden, maar daar dacht wij anders over.

De volgende morgen hadden wij de hondjes uitgelaten en dan ga ik in de keuken wat worst snijden en krijgen ze om buurten een plakje. Ik fluit dan en de honden weten dat ze mogen komen. Ik fluit en ze gaan netjes naast elkaar zitten en wat zie ik, Clowie komt ook de keuken in lopen en gaat naast Lady zitten. Een “Griekse Brakke”, zoals ze dat in Duitsland noemen. Een echt Griekse staathond. Op dat moment waren er nog een Rottweiler, “Milco”, die ook in het asiel zat in Nederland om opgeruimd te worden omdat deze niet handelbaar zou zijn en een ruwharige tackel die officieel “Bijou”, heette, maar ik omgedoopt hat tot “Pork”, omdat die vanaf de dag dat ze kwam achter onze grote Milco aanliep door elke plas heen. Ze was te blafferig en moest weg bij haar baasje. Wij waren er net als met de anderen heel blij mee. Lady keek een keer naast haar en zette grote ogen op, maar ze luisterde erg goed en ik gaf haar te weten dat ze niet mocht reageren. Ik riep Yolanda en die kon haar ogen niet geloven dat het gelijk zo goed ging. Ik vond het niet meer als normaal, omdat het allemaal dieren waren die ons uit hadden gezocht.

Maar nu jaren later, kwamen Siny en Rex in huis en de laatste stond bekent als een kattenhater. We hebben een gat in de slaapkamer gemaakt voor Clowie zodat ze via ons raam en het gat naar een kelderkast kon gaan. Dat stuk van het huis was voor haar en de rest voor de honden.

Ik heb een aantal keren met Rex gewerkt en hem de regels uitgelegd die wij hier hadden en hij ging met de dag beter reageren op alles. In het begin wilde hij wel met de ander spelen, maar hij beet ze dan toch wel in hun nek. Ik heb dat er snel uit gekregen en de volgende stap ging ook makkelijk. Nu zijn Clowie en Rex al weer heel lang de beste vriendjes en slaapt Clowie zelfs op het kussen in de stoel die Rex eerst tot die van hem had uitgeroepen. Het is allemaal in harmonie en balans. Milco is vervangen voor Yoshi en Lady en Pork zijn door ouderdom overleden op dit moment van schrijven.

In het begin is Siny nog een keer terug geweest naar Almelo, om wat op te halen en nam ze Rex mee. Deze wilde het huis niet meer in en protesteerde zo dat hij liever inde auto dan maar wilde blijven. Hij had het wel gezien daar, hij wilde naar zijn nieuwe huis en vriendjes.

Is er juist veel goed gegaan of zijn er ook veel fouten gemaakt.

Natuurlijk is alles in Rex zijn leven fout gegaan tot het moment dat hij bij Siny kwam, maar ook zij heeft met haar goede bedoelingen toch ook fouten gemaakt. O ja, fouten bestonden niet toch. Dus moest het zo zijn, maar heeft ze wel de weg van Rex zonder het te willen of weten wat moeilijker gemaakt. Rex is zo gek op haar, dat hij constant voor haar voeten loopt en altijd wel bij haar wil zijn. Ik leerde Rex de regels in ons huis en met de andere dieren.

Toch ging Siny ook door met enkele regels van haar zelf, die, ook al was het met goede bedoelingen, het voor hem nog tot op de dag vandaag soms moeilijk maakt. Ik val hier niet Siny of welke dierenbezitter aan, maar wil er wel op wijzen dat we heel vaak met de beste bedoelingen toch ook ervoor zorgen dat er obstakels komen op ons eigen, maar ook op het pad van de ander.

Toen ik getrouwd was de eerste keer en mijn toenmalige vrouw graag kinderen wilde, vond ik dat geen wijze beslissing. De band met haar ouders was op dat moment erg slecht en mij mochten ze al helemaal niet. Zij wilde graag kinderen, maar nu ook wel om dat ze er dan vanuit ging dat haar familie zich beter zou opstellen als we eenmaal maar kinderen hadden. Ik heb toen een hond aangeschaft en vond dat wij eerst maar eens moesten kijken hoe dat ging. Ze was er dol op en kon even het gevoel van kinderen van haar afzetten. Maar ze ging bij mij weg, omdat ze mijn leven niet aan kon en ook de druk van haar familie niet. Ze nam het lieve dier mee en mijn auto ook. Na een paar dagen kwam ik thuis en stond de hond in de tuin heel zielig en verlaten. Ik hoorde van de buren dat ze kleren en spullen mee had genomen en de hond in tuin achter had gelaten. Kijk dat is nu echte liefde, toch. Dat was voor mij een super les over hoe belangrijk mensen een dier kunnen vinden, als het er echt op aan komt. Mijn vertrouwen kreeg weer een flinke optater.

Maakte ik zelf dan geen fouten? Natuurlijk wel, te veel om hier te vermelden in dit boek. Ik som er soms eentje bij op, als het voor een stuk lering zorgde, of zin had om te vermelden.

Zelf heb ik er in het begin moeite mee gehad toen ik meerdere honden in huis kreeg. Er kwamen steeds meer dieren op mijn pad die het niet goed hadden, of niet meer paste bij anderen. Op een zeker moment had ik er vijf in huis en dat was veel. Niet te veel, maar wel moest je altijd zeker met twee mensen ze uitlaten. En ik mankeer mijn hele leven zo nu en dan wel wat aan mijn onderstel (zoals een leven 8, Saturnus, normaal mee maakt), en dat maakt het dan moeilijk. Afhankelijk zijn van anderen is zo wie zo iets waar ik een broertje dood aan heb. Maar de dieren niet opvangen, kwam ook niet in het boekje van mij en mijn partners op. Met het uitlaten had ik niet de meeste moeite, maar ik was gewend om er eentje van alles te leren. Nu moest ik het proberen te regelen in die tijd die ik had naast mijn werkzaamheden om een gulden middenweg te vinden. Een gulden middenweg lijkt erg op een gemiddelde en daar heb ik nog grotere hekel aan als aan afhankelijk zijn van anderen. Ik merkte dat de dieren die ik de juiste net had bijgebracht, soms op slag weer waren vergeten als er een nieuw hond bij kwam. De moeilijk te leren regels in ons huis werden dan moeilijker opgepakt als dat ik gewend was met een of twee honden. Maar het gaf ook heel veel plezier kan ik eerlijk in zijn.

In de keuken heb ik een doorgang gemaakt naar de volledig afgesloten achtertuin. De dieren hebben 24 uur per dag een eigen ingang naar ons huis en zijn een onderdeel van het gezin. Ik kan vaak nog beter met dieren communiceren en ze begrijpen als dat ik kan met mensen.

Nog even een ander voorbeeld als het over Rex ging.

Ik leer mijn dieren dat ze eten krijgen, als ik eet en dan wanneer ik het ze wil geven. Ik verwen ze wel, maar heb heel duidelijke regels, zoals niet in de keuken lopen als ik er wil werken. Siny wilde graag de keuken gaan doen, en koken voor ons. Ik ben mijn leven tot haar gewend geweest dat ik de kok in huis was en de keuken was mijn domein, waar ik heerste en toverde. Iedereen was tevreden. Nu ging zij het overnemen en vanaf dat moment loopt haast iedereen in de keuken en als je niet uitkijkt, nog tussen je benen door ook. Als ik nu wel een keer wat wil maken, dan luisteren die ik heb opgevoed wel, maar Rex is zo oud, dat ik hem te veel leren nu niet meer aan kan doen, vind ik. Hij ziet en hoort heel slecht. Maar ik zit er wel dan met hem in de keuken, dus doe daar vaak maar helemaal niks meer. Niet dat Siny dat erg vindt, maar ik soms wel.

Maar ook als wij laat in de avond nog wat willen schnabbelen of eten en Siny naar de keuken loopt, moet Rex dus uit zijn slaap komen en mee lopen. Hij krijgt hierdoor soms te weinig rust waardoor we in de ochtend niet ver kunnen lopen met hem. De grote Yoshi, onze grote kijkt niet op of om maar ligt wel in de buurt. Die weet als het komt, dan komt het, anders niet. Net als alle andere dieren die ik in huis heb gehad, die had ik het geleerd zoals het voor mij het leefbaarste is.

Het is niet zo dat ik het beter doe, maar heb wel langer vooruitgedacht als een goed schaker, wat ik trouwens niet ben. Ook al had ik er niet bij stil gestaan dat bij hoe meer honden ik heb er minder grip op zou krijgen.

Veel mensen schaffen een dier aan en beseffen niet dat je dan ook voorruit moet denken. Als je kinderen krijgt, weet je dat ze niet altijd een lachende baby zullen blijven. Maar ook een puber later met alle problemen van dien. Ik van mening dat de meeste ouders dit ook totaal niet goed inschatten, maar dat is weer een ander verhaal. Je moet beseffen dat je verantwoordelijk bent, “nu”, maar ook later voor het dier. Vandaag komt de pup en die mag haast alles. Lekker op de bank ook, maar als de hond groter wordt niet meer. Dat kan je niet maken, dan snap je niks van wat opvoeden is. Dan knecht je dieren tot dat waar je zelf niet toe in staat bent. Liefde moet je geven om het terug te kunnen krijgen.

Wat geef je een dier te eten?

Ik word er kotsmisselijk van als ik de meeste mensen die denken verstand van dieren te hebben erover hoor praten. Nog meer word ik ziek van alle reclames voor dierenvoeding.

‘Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet”.

Deze zeer oude regel gaat voor mij ook op als het juist over dieren gaat. Laten we het eerst maar bij een hond houden, waar ik net van alles over al geschreven heb. Een hond is van nature een carnivoor wordt er door de deskundige tegenwoordig verkondigd. Ik ben het daar gedeeltelijk niet mee eens. Een hond is zeker door de evolutie net als de mens een omnivoor geworden. Een alles eter in feite. Honden eten gras als ze zich niet helemaal lekker voelen, of heb je dat nog nooit gezien. Als ze fijn van hun ontlasting af willen komen, eten ze dat geregeld. Alles wat het dier binnenkrijgt is niet meer dat wat hij van nature ooit gegeten zou hebben in de natuur. Net als hoe het met ons als mens is gegaan. Maar we leven nu en een huisdier heet niet voor niks zo. Ik houd er niet van dat mensen een hond in een hok buiten neer leggen, dat zijn voor mij geen dierenliefhebbers. Een dier heeft gevoelens, vaak nog sterker als de mens. Ook is een dier afhankelijk van ons als mens. Ik heb net aangegeven hoe ontzettend vervelend ik het vind om afhankelijk te zijn van wat dan maar ook en kan hun onmacht voelen en begrijpen. Een hond is een kuddedier en niet geschikt om alleen te moeten leven. Toch hebben de meeste mensen maar een hond. Dat kan geen kwaad, als je het maar een onderdeel van het gezin laat zijn. Zo is het ook met eten, vind ik bij honden. De meeste mensen, geven hun dier het hele leven dezelfde brokken. Ik ken geen mensen die hun hele leven dagelijks hetzelfde willen eten, toch.

Wees menselijk en wen je dier van jong af aan, om verschillende soorten brokken te eten. Koop een grote ton en gooi daar verschillende soorten brokken in. Als je bij een supermarkt komt en ze hebben een aanbieding van een merk wat je nog niet had, of weinig hebt aangeschaft. Kopen en erbij gooien. Als je dier dat leert eten is het voor jezelf makkelijker en voor het dier afwisselender. Zorg dat er 24 uur per dag genoeg brokken in een bak staan met een verse bak met water ernaast en je dier zal je dankbaar zijn.

Natuurlijk zijn er dan altijd mensen die beweren dat hun hond daar niet tegen kunnen. En die bestaan ook, net als mensen die allergisch voor iets zijn. Maar tegenwoordig zijn de meeste jonge mensen voor van alles allergisch, wordt daar weleens verder over nagedacht. Dat komt door het eenzijdige voedsel wat ze van kind af aan gekregen hebben. En als ze het als baby al hadden, mogen ze hun ouders eropaan kijken, dan hadden die er schijt aan hoe dat hun baby later door het leven zou moeten gaan. Uw hond zal ietsje jeuk op de koop toe nemen voor het heel veel afwisselendere leven. En weet u, ik ken geen honden zonder jeuk, welk eten ze ook kregen in hun zeer korte leven.

Heb ik dan gelijk hiermee?

Altijd toch. Of juist nooit. Het is maar vanaf welke kant je kijkt ook met dit soort zaken. De voorzichtige mens, zal zijn dier die brokken geven die de fokker al gaf en daar liefst niet van afwijken. Dat zijn vaak mensen met andere cijfers als ik. Mijn ziel getal is een 7, wat ervoor zorgt dat ik altijd een hang heb naar het bijzondere. Het afwijkende is waar ik zelf van houd. Ik heb altijd het gevoel van een echt gezin gemist, door allerlei omstandigheden op mijn pad in dit leven. Maar ook door wat mijn ziel/DNA aan aanleg heeft. Die combinatie laat mij doen wat ik doe in het leven. Zorg dan ook dat jij doet wat jij moet doen. Ontdek wat echt bij jou past en niet wat anderen op een pak zetten, of voor normaal aannemen.

Als je dit boek goed doorloopt en erachter komt dat ik totaal geschift ben. Heb je waarschijnlijk vanuit jouw oogpunt gelijk. Als je door het lezen tot nieuwe conclusies bent gekomen, ook al wijken die van mijn standpunten af, heb je gelijk. Maar als je het hebt kunnen vinden met mijn manier van waker schudden en is jouw horizon en leefruimte ruimer geworden. Ja dan ben je de beste. Vanuit mijn gezichtspunt en mijn inzichten gezien dan.

Andere huisdieren, hoe zit het daar dan mee?

Totaal anders natuurlijk. Of toch niet, wat denk je nu zelf? Kom op laat je hart en hoofd nu eens spreken en wat denk je dat het verschil dan is met andere huisdieren. Niks toch. Ja een kanarie wil andere spullen eten als een konijn en hamster. Maar leer om naar de natuur van het dier te kijken en te begrijpen en voelen of het nu nog wel is wat het ooit was. Is het aangepast en is het een onderdeel van jouw leven en gezin. Als je daaruit komt, dan krijg je altijd de juiste antwoorden. Stop met te geloven wat die je dat dier verkocht heeft je aangeraden en wat zeker het beste zou zijn voor dat dier. Zoek zelf uit wat het dier wil. Het dier wat jij hebt, is uniek net als ik en jij. Het dier heeft een ziel en DNA wat bepalend kan zijn voor wat het wil en niet wil. Ook wat het wel en niet kan eten. Wil je echt goed zijn voor welk dier dan ook, neem het niet. Wil je wel dat het een onderdeel van jouw leven wordt, onthoud dan heel erg goed.

Dieren zijn onze verantwoordelijkheid, neem die dan ook.

Als ik zie dat er ergens een paard of ander dier alleen in de wei staat, word ik zeer droevig. Deze mensen die dat doen, snappen totaal niks van wat liefde is. Niemand kan mij wijsmaken dat die mensen goed hun kinderen opvoeden, kan niet. Ja natuurlijk volgens hun eigen regels en inzichten, maar niet volgens die van mij en daarboven, wat ik door krijg. Pak je verantwoordelijkheden. Laat nooit dieren waar dan ook alleen staan en zeker ook niet zonder beschutting. Ik word haast gek van die domme mensen die zeggen. Dat maakt voor dat of dat dier niet uit, want die voelen dat toch niet. Zieke mensen zijn dat, die zo in hun domheid geloven dat alleen zij kunnen voelen. Ik weet zeker dat het ongevoeligste dier, nooit een mens alleen in een wei zouden zetten zonder er geen soort van beschutting te maken. Een hutje met een ingang en wat stro of zo.

Leer de regels over liefde en wat dat echt is.

Hoe kan je verwachten echte liefde te vinden of krijgen in je leven van een ander, mens of dier. Als je zelf geen echte liefde kunt geven aan anderen, mens of dier. Ik heb mijn hele leven geen mensen kunnen verdragen in mijn omgeving die niet een open hart hebben naar dieren. Ik kan er nog beter tegen dat ze niet zo best zijn tegen andere volwassen mensen, als tegen kinderen en dieren. Deze zijn van ons afhankelijk. Dat maakt je verantwoordelijk. Kan je dat niet aan, leef dan je leven alleen als een kluizenaar en probeer niet de andere op deze planeet mee te trekken in jouw ongezonde en ongevoelige manier van liefde.

Planten die mooi zijn. Onkruid waar je de waarde niet van in ziet. De mieren waar je soms zo maar op kunt gaan staan. Elek grassprietje op deze Aarde is een onderdeel van het geheel. Alles is van dezelfde legpuzzel. Hoe groot of klein. Hoe onbelangrijk vanuit jouw gezichtsveld of gevoel. Het is wel belangrijk, want door een onbalans te creëren op Aarde, kunnen wij nooit echt gelukkig zijn.

Yin en Yang. Zwart en Wit. Beide zijn belangrijk. Als er morgen niemand meer het vuil ophaalt, dan zit binnen de kortste keren elke straat vol met onoverkomelijke grote bergen rotzooi. Had je daar al weleens bij stil gestaan. Als er morgen geen groenten, fruit, vlees, vis of gevogelte meer in de winkels zou liggen. Hoeveel mensen denk je dan dat er zouden overleven. De meeste mensen kunnen niet meer overleven zonder alleen al hun mobiel telefoon.

Leer weer te leven, door bewust te zijn van alles in en om jou heen. Ja dan kan je echt gelukkig zijn, voor die tijd dat je hier op Aarde bent. Onthoud na het lezen van dit hoofdstuk heel erg goed, dat echt alles wat in dit hoofdstuk staat, positief bedoelt is. Het zijn geen gebeurtenissen waar iets is mis gegaan, dat probeer ik nu juist hier toe te lichten. Zeker is er niks gebeurt wat niet moest gebeuren. Het waren gebeurtenissen die nodig waren om te leren en daar te komen, waar jij of ik uiteindelijk moesten komen. Ik ben dan ook die mensen dankbaar dat ze op mijn pad kwamen, ook al wast het soms heel zwaar. Ik ben wie ik ben.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *